Bereid u voor om uw software te installeren

Voordat u uw Autodesk-software installeert, bereidt u uw systeem voor en verzamelt u alle informatie die u nodig hebt.

1. Controleer de vereisten.
   
   • Controleer de systeemvereisten.
   • Controleer of u gecertificeerde en aanbevolen computerhardware gebruikt.
   • Lees de releaseopmerkingen voor de software die u installeert.
2. Toestemming krijgen.
   U hebt beheerdersrechten nodig voor de installatie. Voor de verificatie in Windows, selecteert u Configuratiescherm > Gebruikersaccounts > Gebruikersaccounts beheren. Ga in macOS naar Systeemvoorkeuren > Gebruikers en groepen om te verifiëren of u de beheerdersstatus hebt.
   
3. Installeer systeemupdates en schakel antivirusprogramma's uit.
   Als u updates voor het besturingssysteem in behandeling heeft, installeert u deze en start u opnieuw op. Overweeg om antivirusprogramma's tijdelijk uit te schakelen, omdat deze vaak de installatie verstoren.
   
4. Zoek indien nodig uw serienummer en productsleutel op.
   Meestal kan uw software aan uw Autodesk-ID worden gekoppeld, zonder serienummer. Maar als uw software een serienummer heeft, hebt u dit en uw productsleutel nodig om uw software te starten. U kunt het serienummer bekijken in uw Autodesk-account of in uw bevestigingsmail.
   Opmerking: voor de meeste producten uit 2020 en hoger kunt u zich zo aanmelden dat een serienummer niet vereist is, zelfs als u een standalone licentietype hebt.


5. Sluit alle actieve toepassingen behalve het installatieprogramma.